‘De pantoum heeft mij bevrijd’ boekje van 32 blz met 20 pantoums. En je leert ook pantoums maken komt uit 27-04-2024 auteur: Thijs Hanrath
Alvast de voorpagina (zie boven) en de achterflap:
Waar gaat dit boekje over?
Ik verbleef vlak na de corona-crisis een kleine twee maanden in Callosa in Spanje als ‘artist in residence’ in een prachtig antiek huis met drie verdiepingen en een dakterras. Dit was mogelijk gemaakt door de FCKD: Fundación Cultural Knecht-Drenth. Ik wilde er een boek schrijven, maar liep vast. Van de weeromstuit ben ik pantoums gaan maken. Elke dag. Ook op locatie, dat gaf soulaas. Ergens op een bankje, de omgeving in je opnemen en luisteren naar wat er in je omgaat. Achteraf hebben de pantoums mij laten zien, waar ik mee bezig was. In dit boekje vind je er 20 en leer je ze ook zelf maken. Je hoeft geen groot dichter of schrijver te zijn. Iedereen kan ze creëren. Al doende leer je er de mogelijkheden van ontdekken. Ruim een maand geleden dacht ik: leuk om er een boekje van te maken voor de vrijmarkt met een workshop erbij. Het is gelukt: de kracht van de deadline.
Hierbij deel ik mijn eerste ‘zine’ . Een zine is een low-budget publikatie, zonder tussenkomst van een redacteur of uitgever, gewoon een tekst (met illustratie) die je zelf maakt en wil delen. Ik noem zines, fragmentines. Deze heb ik gemaakt met een brochure-sjabloon uit google.docs. Meerdere fragmentines vormen een fragmentineblok. Meerdere blokken met eventueel afzonderlijke fragmentines gaan een fragmentografie vormen. Dan wordt het een boek. Dat is waar ik naar toe werk. Deze pantoum uit Callosa gaat onderdeel worden van een fragmentineblok van waarschijnlijk 5 pantoums uit Callosa
Vandaag sluit ik mijn verblijf in Callosa af. Het eindverslag van mijn ’boek schrijven in Callosa’ (deel 5 uit de serie) voor de Stichting: Foundacion Cultural Knecht y Drenth. staat nu online. Een fijne en vruchtbare tijd was het. De feesten van Moren en Christenen, vier dagen lang, hebben hier enorm aan bijgedragen.
Ik ben blij dat ik hier heb kunnen zitten en dat het boek inmiddels half af is.
Voor wie interesse heeft hoe ik tot mijn boek ben gekomen en ook voor wie het leuk lijkt ook goedkoop op een leuke plek aan een kunstproject te werken. Hier mijn laatste video: een boek schrijven in Callosa.
het instituut kerk de rug toe gekeerd en weg van regel en dwang
van mank celibaat dichte wrange mannentaal zonder sprankeling
het evangelie bekeren, overtuigen niet vrij, niet mijn stijl
hoe moet een haiku? hoe moet een lof? hoe een God? hoe een hoe? en hoe?
treuren is voorbij wie het instituut kerk verlaat heeft niets te vrezen
Wat heeft het voor een zin me met iemand te identificeren? Inzichten veranderen, de mode, de wereld, ook ik. Een boek modelleren heeft ook geen zin; als het maar contact maakt met iets in jezelf.
Na uitgevallen treinen en vertraagde bussen onderweg ben ik toch nog voor middernacht gearriveerd in mijn hostel in Valencia. Interrailen mag meer, reizend schrijven kan weer! Dit boek eindelijk afmaken: ik zeg volmondig ja. In de keuken stamelt de uitbaatster Engelse woorden. Het hostel is verder leeg. ’Wat mag ik allemaal gebruiken,’ vraag ik. Het onzeker gebrabbel verandert in een angst-aanval. De energie die er hangt, doet me zeggen wat ik eigenlijk intuïtief door de telefoon al had willen doen: ‘Puedo entender el español. Ik versta Spaans. Moeizaam communiceren was het. Ze had me via een chat van booking.com laten weten, aanwezig te zijn, maar was er dus niet. Aanvankelijk kreeg ik haar antwoordapparaat. Ik was vriendelijk, maar ook wel kwaad en moe en misschien wat dwingend omdat ik niet meer zeker wist of ik nog wel een kamer zou bemachtigen. Ik moest nog een uur wachten, daar kwam het op neer. Zij wilde het uitleggen, maar haar woorden bleven warrig. ’Okay’, zei ik, ’ik zie het allemaal wel.’
Bijna automatisch verzink ik in wat in me omgaat en ontspan. Niet met haar angst mee gaan, niet de therapeut uithangen. Niet op het telefoongesprek terug komen: dat zijn de gedachten in mijn hoofd. Laat ontstaan, wat er ontstaat. Ook mijn eigen onzekere ladekastjes gaan open. Zij krijgt er onmiddellijk vleugels van en levendige ogen. ’Bedoel je materiaal uit de keuken of comida (eten)?’ Haar toon is nu licht en opgewekt. ‘Si, comida.’ Toen ik haar voor het eerst in levende lijve zag, leek ze me ook gelijk de kwaadste niet.
Ze doet de ijskast open, kijkt rond en wijst op ham, kaas en tostibrood. De ham glazig, de kaas, uitgedroogde harde plakken half nog in het aanbiedingszakje uit de supermarkt, het tostibrood, vochtig en klef. In mijn kamer vier ik dat ik de laatste trein naar Valencia heb gehaald met een gore tosti en een blikje zwaar bier, dat er ook nog stond. Ik ben er gewoon! Olé! Nog blijer was ik met het feit dat ik contact had puur op grond van wat er in me omging. Zo wil ik schrijven, zo wil ik reizen, zo wil ik zijn. Ik ben er!!!
De volgende dag wenst de uitbaatster mij een goede reis. Haar stem klinkt zacht en vriendelijk. ’Gracias,’ zeg ik opgelucht, dankbaar voor wat er zich tussen ons heeft afgespeeld. Onzekere golven losten zich op in helder rustig water. Zachtjes juich ik. Ik sta op gelijke voet met haar. Dit contact, deze uitwisseling! Haar niet zo frisse voedsel, wat maakt het uit? Ze gaf het graag. Wat is er vreemd aan een angstaanval? Ik raak er zelf niet meer door van van mijn stuk. Wie weet wat haar triggerde? En misschien riep mijn doen en laten ook wel wat op? Wie weet? Ik stel google maps in en loop richting busstation.
licht en loom vinden benen, zich los wandelend hun eigen voeten
niet meer wegzinkend in natte zuigende gaten lopen zij hun weg
De aroma van vers gezette koffie smelt op mijn tong; het broodje chorizo geurt alsof het vers uit het paradijs is gevallen. Buiten op het terras van het stationsrestaurant is het goed toeven. Over een uur gaat de bus richting Callosa. Ik ontspan.
vreemde commando’s vervliegen woorden en zinnen zonder filterend perspectief verfrissen de lucht
geen hemel in mijn hoofd blokkeert hier nog een weg wat in me omgaat is helder in vrijheid en aanvaarding
een eigen huis, een woning ik zie wie ik kan zijn wat in me omgaat is helder vreemde commando’s vervliegen
In Callosa kan ik terecht in een van de monumentale panden van de Fundación Cultural Knecht-Drenth, een stichting, opgericht door Tijmen Knecht en Helen Knecht-Drenth, die tegen een beperkte bijdrage tijdelijke woon-en-werkruimte beschikbaar stelt aan Nederlandse en Vlaamse kunstenaars, schrijvers, vertalers en wetenschappers, om zo aan een van hun artistieke initiatieven te kunnen werken. Daar werk ik nu aan dit boek.