Hierbij deel ik mijn eerste ‘zine’ . Een zine is een low-budget publikatie, zonder tussenkomst van een redacteur of uitgever, gewoon een tekst (met illustratie) die je zelf maakt en wil delen. Ik noem zines, fragmentines. Deze heb ik gemaakt met een brochure-sjabloon uit google.docs. Meerdere fragmentines vormen een fragmentineblok. Meerdere blokken met eventueel afzonderlijke fragmentines gaan een fragmentografie vormen. Dan wordt het een boek. Dat is waar ik naar toe werk. Deze pantoum uit Callosa gaat onderdeel worden van een fragmentineblok van waarschijnlijk 5 pantoums uit Callosa
Tag: Thijs Hanrath
een boek schrijven op mijn manier 2: de fragmentografie
De fragmentografie:
Ik heb een nieuw genre ‘ondekt’, de fragmentografie!
De fragmentografie is geen biografie, geen autobiografie, geen levensverhaal, zelfs geen verhaal. Het is een verzameling fragmenten. De fragmenten in mijn eerste fragmentografie brengen inzichten te weeg. De titel is: inzichten in zicht. Die geeft ook het voorlopige karakter van veel inzichten aan. De presentatie van deze inzichten of fragmenten heeft geen plotverloop, geen verhaal opbouw, het zijn fragmenten, die gemakkelijk ook door elkaar gelezen kunnen worden. Het is ook geen zelfhulpboek dat je via een stappenplan van inzichten tot het ultieme inzicht gaat brengen. Het wakkert meer je inzichten en creativiteit aan. Er dagen inzichten en dat is ook de reden dat je door wil lezen. Er zitten wel verhaallijnen in, samenhang, en associaties zo dat de fragmenten in het hoofd van de lezer een geheel gaat worden, wat ook een reden is om verder te lezen, want je wil wel tot het einde komen, je wil alle inzichten gehad hebben om te kijken en te voelen hoe het ‘afloopt’ of waar het ophoudt. Deze eigenschap heeft de fragmentografie gemeenschappelijk met bijvoorbeeld een roman.
Pantoumen gaan een groot deel van die inzichten vertolken, maar ook zullen er liedjes aanwezig zijn, verhaaltjes, ‘ready mades’ , andere gedichten, en verder allerlei soorten tekstfragmenten zoals recepten, handleidingen, artikeltjes, boodschappenlijstje en noem maar op. Alles kan in ieder geval.
Thema’s komen ook voor, die zijn hier: reizen, interrail, schrijven, vormgeving, taal, je uitdrukken, contact.
Als lezer doe je inzichten op en verlang je naar nieuwe .
Tot zover maar even
Hier de aankondiging van de fragmentografie op youtube:
Een boek schrijven in Callosa: slot.
Vandaag sluit ik mijn verblijf in Callosa af. Het eindverslag van mijn ’boek schrijven in Callosa’ (deel 5 uit de serie) voor de Stichting: Foundacion Cultural Knecht y Drenth. staat nu online. Een fijne en vruchtbare tijd was het. De feesten van Moren en Christenen, vier dagen lang, hebben hier enorm aan bijgedragen.
Ik ben blij dat ik hier heb kunnen zitten en dat het boek inmiddels half af is.
Voor wie interesse heeft hoe ik tot mijn boek ben gekomen en ook voor wie het leuk lijkt ook goedkoop op een leuke plek aan een kunstproject te werken. Hier mijn laatste video: een boek schrijven in Callosa.
een boek schrijven in callosa 2
Een boek schrijven in Callosa
het instituut kerk
de rug toe gekeerd en weg
van regel en dwang
van mank celibaat
dichte wrange mannentaal
zonder sprankeling
het evangelie
bekeren, overtuigen
niet vrij, niet mijn stijl
hoe moet een haiku?
hoe moet een lof? hoe een God?
hoe een hoe? en hoe?
treuren is voorbij
wie het instituut kerk verlaat
heeft niets te vrezen
Wat heeft het voor een zin me met iemand te identificeren? Inzichten veranderen, de mode, de wereld, ook ik. Een boek modelleren heeft ook geen zin; als het maar contact maakt met iets in jezelf.
Na uitgevallen treinen en vertraagde bussen onderweg ben ik toch nog voor middernacht gearriveerd in mijn hostel in Valencia. Interrailen mag meer, reizend schrijven kan weer! Dit boek eindelijk afmaken: ik zeg volmondig ja. In de keuken stamelt de uitbaatster Engelse woorden. Het hostel is verder leeg.
’Wat mag ik allemaal gebruiken,’ vraag ik. Het onzeker gebrabbel verandert in een angst-aanval. De energie die er hangt, doet me zeggen wat ik eigenlijk intuïtief door de telefoon al had willen doen: ‘Puedo entender el español. Ik versta Spaans. Moeizaam communiceren was het. Ze had me via een chat van booking.com laten weten, aanwezig te zijn, maar was er dus niet. Aanvankelijk kreeg ik haar antwoordapparaat. Ik was vriendelijk, maar ook wel kwaad en moe en misschien wat dwingend omdat ik niet meer zeker wist of ik nog wel een kamer zou bemachtigen. Ik moest nog een uur wachten, daar kwam het op neer. Zij wilde het uitleggen, maar haar woorden bleven warrig. ’Okay’, zei ik, ’ik zie het allemaal wel.’
Bijna automatisch verzink ik in wat in me omgaat en ontspan. Niet met haar angst mee gaan, niet de therapeut uithangen. Niet op het telefoongesprek terug komen: dat zijn de gedachten in mijn hoofd. Laat ontstaan, wat er ontstaat. Ook mijn eigen onzekere ladekastjes gaan open. Zij krijgt er onmiddellijk vleugels van en levendige ogen. ’Bedoel je materiaal uit de keuken of comida (eten)?’ Haar toon is nu licht en opgewekt.
‘Si, comida.’ Toen ik haar voor het eerst in levende lijve zag, leek ze me ook gelijk de kwaadste niet.
Ze doet de ijskast open, kijkt rond en wijst op ham, kaas en tostibrood. De ham glazig, de kaas, uitgedroogde harde plakken half nog in het aanbiedingszakje uit de supermarkt, het tostibrood, vochtig en klef. In mijn kamer vier ik dat ik de laatste trein naar Valencia heb gehaald met een gore tosti en een blikje zwaar bier, dat er ook nog stond. Ik ben er gewoon! Olé! Nog blijer was ik met het feit dat ik contact had puur op grond van wat er in me omging. Zo wil ik schrijven, zo wil ik reizen, zo wil ik zijn. Ik ben er!!!
De volgende dag wenst de uitbaatster mij een goede reis. Haar stem klinkt zacht en vriendelijk.
’Gracias,’ zeg ik opgelucht, dankbaar voor wat er zich tussen ons heeft afgespeeld. Onzekere golven losten zich op in helder rustig water. Zachtjes juich ik. Ik sta op gelijke voet met haar. Dit contact, deze uitwisseling! Haar niet zo frisse voedsel, wat maakt het uit? Ze gaf het graag. Wat is er vreemd aan een angstaanval? Ik raak er zelf niet meer door van van mijn stuk. Wie weet wat haar triggerde? En misschien riep mijn doen en laten ook wel wat op? Wie weet? Ik stel google maps in en loop richting busstation.
licht en loom vinden
benen, zich los wandelend
hun eigen voeten
niet meer wegzinkend
in natte zuigende gaten
lopen zij hun weg
De aroma van vers gezette koffie smelt op mijn tong; het broodje chorizo geurt alsof het vers uit het paradijs is gevallen. Buiten op het terras van het stationsrestaurant is het goed toeven. Over een uur gaat de bus richting Callosa. Ik ontspan.
vreemde commando’s vervliegen
woorden en zinnen
zonder filterend perspectief
verfrissen de lucht
geen hemel in mijn hoofd
blokkeert hier nog een weg
wat in me omgaat is helder
in vrijheid en aanvaarding
een eigen huis, een woning
ik zie wie ik kan zijn
wat in me omgaat is helder
vreemde commando’s vervliegen
In Callosa kan ik terecht in een van de monumentale panden van de Fundación Cultural Knecht-Drenth, een stichting, opgericht door Tijmen Knecht en Helen Knecht-Drenth, die tegen een beperkte bijdrage tijdelijke woon-en-werkruimte beschikbaar stelt aan Nederlandse en Vlaamse kunstenaars, schrijvers, vertalers en wetenschappers, om zo aan een van hun artistieke initiatieven te kunnen werken. Daar werk ik nu aan dit boek.
Dit verhaal is een verbeterde versie van :
https://www.onderweg24.nl/blogs/een-boek-schrijven-in-callosa/
Dit o.a. door opmerkingen van Cecile Koops en Liberty Biesma in de facebookgroep : schrijvers die feedback willen: https://www.facebook.com/groups/256720305361159
Ik hoor bij het relationisme
mijn schrijfwerkplek in Callosa
Ik heb een vlog en een verhaal de wereld ingegooid en dan ga ik altijd weer opnieuw denken over, waar ik mee bezig ben, waar dat thuishoort, wat ik doe. Ik kwam het relationisme tegen als literaire stroming. Toen wist ik het. Wat ik schrijf hoort daar thuis.
Het gaat daar in verhalen niet meer om één individu, een ‘held’ die van alles onderneemt of wie van alles overkomt, waarmee een lezer zich kan identificeren… maar o.i.v. de Joodse filosoof Emmanuel Levinas, gaan moderne schrijvers en filosofen zich steeds meer realiseren dat de mens niet als individu bestaat. Dat onze identiteit, maar ook ons lichaam, wordt gevormd in relatie met anderen en ook met de dingen die ons omringen. Ik heb dat ’gedoe’ van een identiteit opbouwen zelf ook altijd als zeer merkwaardig en mij vreemd ervaren. En bij mij gaat het al helemaal niet om een individu als held.
Er bestaan inmiddels relationele romans, waarin het leven en de identiteit van de personages steeds in relatie met andere mensen en dingen bstaat. Niet één centraal personage vertelt of focaliseert, maar steeds een ander krijgt het woord. Vaak scheppen auteurs een dubbelperspectief door vertellers en personages het woord te laten afstaan, aan e-mails en brieven, tekstflarden, gedichten of berichten van anderen.
Niet alleen door de vorm, ook uit de inhoud van deze verhalen wordt duidelijk dat de mens niet langer het heft in handen heeft. Ze laten zien dat mensen verweven zijn met elkaar, met natuur en technologie. De romans van deze generatie schrijvers zijn verhalen over wat het betekent als relaties en identiteiten niet alleen relatief zijn, maar bovendien meer dan ooit in permanente ‘connectivity’, in een verbondenheid via media in contact staan.
Veranderde identiteit van de mens
Het zijn verhalen waarin het niet meer gaat om het ontwikkelen van authentieke, persoonlijke, eenduidige identiteiten, maar juist om het accepteren van het besef dat we allemaal per definitie gemaakt worden door de media, mensen en dingen die onze omgeving uitmaken, en dat we dus veranderlijke en (gender)fluïde wezens zijn. Hoe gaat een jong (en soms een wat ouder) mens met dat besef om zonder zichzelf te verliezen?
‘Relationisme’ is niet per se een positieve gewaarwording. Wat er voor de controle van de wereld in de plaats komt is ‘affect’, gevoel: het ervaren van jezelf, de ander, de wereld.
https://www.literatuurgeschiedenis.org/21e-eeuw/relationisme
Een boek schrijven in Callosa
Inleidend hoofdstuk
Een flink verbeterde versie van dit verhaal vind je hier:
https://www.onderweg24.nl/blogs/een-boek-schrijven-in-callosa-2/
Wat zat ik vroeger
vol loyale ratjetoe
zwabberend gezwieb
wie het instituut kerk
verlaat, ook paus Oosterhuis
heeft niets te vrezen
dubbele moraal
dichte angstige mannen
mank in hun lichaam
hoe moet een haiku?
hoe moet een lof? hoe een God?
hoe een hoe? en hoe?
treuren is voorbij
wie het instituut kerk verlaat
heeft niets te vrezen
Ik identificeer me niet meer met iemand, die ik zou zijn of zou willen worden, dat is een gebed zonder end. Telkens veranderen inzichten, verandert de mode, de wereld, verander ook ik. Als ik mezelf maar blijf modelleren, zal er altijd iemand blijven, die ik niet of nooit ben geweest.
Na corona ben ik eindelijk weer op interrail. Het kan weer. Wat heb ik hier naar verlangd: mijn reis af maken; dit boek schrijven… Daarom was ik met interrailen begonnen. Midden in de nacht kom ik aan in Valencia. Ik ben alleen met de nog jonge uitbaatster in de keuken van het hostel, waar ik een kamer heb gereserveerd. Verder is er niemand. De uitbaatster komt niet uit haar Engelse woorden. Als ik vraag wat ik uit de keuken allemaal mag gebruiken, krijgt ze een angst-aanval en verliest haar controle. De energie die er dan hangt, doet me zeggen wat ik eigenlijk intuïtief door de telefoon al had willen zeggen: ‘Puedo entender el español. Ik versta Spaans. Ik praat op het moment misschien wel net zo moeilijk Spaans als zij Engels: het actief praten is ver weggezakt. Ik verzink in wat er in me omgaat en ontspan. Het gebeurt bijna vanzelf. Ik ga niet met haar angst mee en ga ook niet de therapeut uithangen. Er kan ontstaan, wat er ontstaat. Ik pantser mij niet, ook mijn eigen onzekere ladekastjes gaan open. Zij krijgt er vleugels van en haar ogen worden levendig. Bedoel ik het gebruik van materiaal uit de keuken of comida (eten)? Haar toon is nu licht en opgewekt.
‘Si comida.’
De onzekere ladekastjes werken bevrijdend.
Ze doet de ijskast open, kijkt even rond en wijst op ham, kaas en tostibrood. De ham glazig, de kaas, uitgedroogde harde plakken half nog in het aanbiedingszakje uit de supermarkt, het tostibrood, vochtig en klef. De tosti, die ik daar van ’bak’ is goor, maar ik neem ’m mee naar mijn kamer en samen met een blikje zwaar bier van twee weken over tijd, dat ik ook mocht gebruiken, vier ik dat ik de laatste trein naar Valencia heb gehaald. Al vanaf Nederland had ik tegenslag op tegenslag, maar nu, net voor middernacht ben ik er gewoon. Olé! Blij er te zijn, contact te hebben met wat er in me om gaat en blij om weer te kunnen interrailen.
De volgende dag wenst de uitbaatster mij een goede reis. Haar stem klinkt zacht en vriendelijk.
’Gracias,’ zeg ik ontspannen. Ik verlaat haar opgelucht, dankbaar voor wat er tussen ons heen en weer heeft kunnen gaan. Onzekere golven losten zich op in helder rustig water. Zachtjes juich ik. Ik stond op gelijk niveau met haar. Jaren lang heb ik dit gewild, mens kunnen zijn overal waar ik ben en kom, mezelf kunnen zijn. En niet van de weeromstuit de therapeut gaan spelen of de leider. Wat is er vreemd aan een angstaanval? Wie weet wat haar triggerde? Ik stel google maps in en loop richting busstation.
licht en loom vinden
los wandelend, mijn benen
hun eigen voeten
niet meer wegzinkend
in donkere gaten mist
lopen zij hun weg
Op het busstation koop ik een kaartje over Benidorm naar Callosa. Heb ik een plaatsje gevonden in het stationsrestaurant. De aroma van versgezette koffie smelt op mijn tong en het broodje chorizo geurt alsof het vers uit het paradijs is gevallen. De smaak van de gore tosti is hiermee volledig weggeëbt.
het opgelegde vervliegt
er ontstaat een gemoed
zonder samengebald perspectief
woorden en zinnen
zonder roep vanuit een hemel
treft de taal
wat in me omgaat wordt helder
in vrijheid en aanvaarding
ik bewoon mijn eigen huis
ontdek wie ik kan zijn
zonder samengebald perspectief
het opgelegde vervliegt
In Callosa kan ik terecht in een van de monumentale panden van de Fundación Cultural Knecht-Drenth, een stichting, opgericht door Tijmen Knecht en Helen Knecht-Drenth, die tegen een beperkte bijdrage tijdelijke woon-en-werkruimte beschikbaar stelt aan Nederlandse en Vlaamse kunstenaars, schrijvers, vertalers en wetenschappers, om zo aan een van hun artistieke initiatieven te kunnen werken. Daar zit ik nu dit boek te schrijven. Al word ik ook ouder, ik leef hier helemaal op.
een link naar een vlog, dat hier aan gerelateerd is :
https://youtu.be/3uxc5v4GISI
Waarom ik een boek schrijf en het zelf ga uitgeven
Ik heb n.a.v. het artikel ’7 redenen waarom ik mijn boek zelf heb uitgegeven’ van Saskia van den Brand, zelf ook even op een rijtje gezet, waarom ik een boek schrijf en het zelf wil gaan uitgeven. Ik begin nu mijn tweede maand ‘boek schrijven in Callosa’ Het boek staat nu in de grondverf en ik zal er hier nu op mijn website ook regelmatig verslag van doen.
‘We hoeven niet allemaal een bestseller te schrijven. Als schrijver ben je zelf je beste verkoopkanaal. De beste marketing is nog altijd vanuit je eigen persoonlijkheid’
Ik schrijf al heel mijn leven om persoonlijk te worden en om me persoonlijk te kunnen uitdrukken in woorden en taal, inmiddels ben ik 65 en ga ik er eindelijk aan staan, persoonlijk! Jammer zo laat pas, maar ja iedereen legt zijn eigen weg af in het leven. Ook ik.
Ik heb o.a. Nederlands gestudeerd en deze studie voltooid. Ik heb in het verleden wel een paar boeken in eigen beheer uitgebracht, maar daar zat nog geen helder uitgebalanceerde persoonlijke visie achter.
Als het vanuit je eigen persoonlijkheid voortkomt of misschien beter, degene wie je bent, dan is het makkelijk om er op sociale media iets van te kunnen zeggen.
Mijn boek zal samenhangen in fragmenten, die veelal ook los te lezen zijn. Ook ideaal voor op het nachtkastje. Het gaat vooral ook om het plezier in lezen en schrijven en het plezier, dat je kunt hebben als je creatief bezig bent in je leven en je kunt uitdrukken (in taal) en de zin die dat geeft. Dat wil ik overdragen en uitdragen.
Mijn boek is meer dan een boek omdat het ondertussen ook over schrijven gaat. Er worden ook een aantal manieren aangeduid om tot schrijven te komen, er worden schrijfvormen tussendoor uitgelegd, die je kunt uitvoeren. En aan de hand van opdrachten die je jezelf stelt kun je je eigen invulling daaraan geven. Zo wordt lezen en schrijven wat mij betreft leuk, zinvol en iets persoonlijks ook voor jou als lezer.
Het uitbrengen van mijn boek is voor mij meer een start om allerlei ander zaken van de grond te krijgen, lezingen, schrijfwandelingen, open podia en nog veel meer daar rondom heen, bijvoorbeeld ook creatieve schrijfbijeenkomsten, die heb ik in het verleden ook wel eens gegeven. Ik hoop dat ik zo ook mijn eigen merk kan worden en zijn.
Een echt groot netwerk heb ik nog niet, dat moet ik al doende gaan opbouwen.
Als je je boek in eigen beheer hebt uitgegeven, en je kunt het bij je activiteiten slijten, wat ik in mijn verleden als troubadour ook gedaan heb, dan verdien je heel veel meer, dan de marges die je van een uitgever ontvangt. Zo heb ik bovendien ook alles zelf in de hand. Maar nu moet ik ook contacten gaan onderhouden met mensen die bij me passen en die voor mij als schrijver ook belangrijk zijn. Ik ga me niet alleen focussen op mijn verhaal, maar me ook bezighouden met marketing. Marketing daar heb ik altijd een hekel aan gehad, maar als ik erachter sta vanuit mijn nu heldere persoonlijke visie, waarin ik verzonken ben, dan gaat het wel lukken. Ik ga sowieso mensen niets aansmeren of iets opdringen dat ze niet willen kopen.
Ik ga een trein in gang zetten
Al ben ik dan geen kinderboekenschrijfster. Het artikel ’7 redenen waarom ik mijn boek zelf heb uitgegeven’ van Saskia van den Brand sprak me enorm aan! Ik denk ook te weten waarom. Ze zegt dat ze veel alleen heeft gereisd en pelgrimstochten heeft gelopen. Ze zegt dat ze toen heeft ervaren dat er altijd wel weer een oplossing komt voor problemen onderweg. Pelgrimstochten heb ik ook gelopen en reizen doe ik nog! En inderdaad, als je iets in gang zet komen er vanzelf ook oplossingen.
Het boek van van Saskia van den Brand heet: ‘Avonturen in Boekenatlas’ Haar artikel had ik net even nodig. Mijn eigen boek heeft de werktitel: ’Reis naar bestaan’ of misschien gaat het ook wel heten: ‘Een boek schrijven in Callosa’ waarin ik ontdek wat geluk voor mij betekent, nu ik intuïtie heb ontdekt, waarop ik kan bouwen. Ik schrijf hier nog een maand in Callosa. Mijn boek is nu echt zichzelf heel organisch aan het ontwikkelen vanuit wie ik ben.
Het artikel van Saskia van den Brand, vind je hier:
https://schrijvenonline.org/blogs/7-redenen-waarom-ik-mijn-boek-zelf-heb-uitgegeven?utm_source=Email&utm_medium=Nieuwsbrief&utm_campaign=230922SONB
Mijn motto
Voorlopig is ‘Reis licht, vrijheid in liefde overwint’ nog mijn motto.
Je moet toch ergens van uit gaan en ergens beginnen.
Ik ga mijn arbeidscontract niet verlengen
De kogel is door de kerk
Ik ga mijn arbeidscontract niet verlengen.
Niet afgelopen week, maar de week daarvoor had ik een week vrij genomen. Toen ben ik gelijk geveld geweest door het verkoudheidsvirus. [negatieve coronatest] Dat dwong me wel tot rust en bezinning. Tegen het eind van de week voelde ik me een stuk beter en ben ik naar een voorstelling geweest van het Utrechts dichtersgilde en een pianist in de nieuwe bibiotheek. Wat een geweldig gebouw is dat toch!. Ik heb de dag erop ook een rondleiding erdoor gehad.
Vandaag naar een uitverkochte minitalkshow in het theater van deze bieb met Ilja Leonard Pfeiffer en Marieke Lucas Rijneveld. Gezellig. Het voornaamste wat ik opgepikt heb is dat je als schrijver daadwerkelijk aan de slag moet gaan en achter je bureau de muze afdwingen moet en daarvoor heb je ruimte nodig. Je moet niet te druk zijn met iets anders.
Mijn arbeidscontract bij de thuiszorg loopt begin juli af. Dat ga ik niet meer verlengen. Daarna ga ik zeker drie maanden ruimte nemen, schrijven en wat zich voor doet. Ik heb een buffer om dat even vol te houden. Dan heb ik even helemaal de ruimte om te doen wat ik wil. Ik kan me er dus ook nog drie maanden op voorbereiden. Mijn pensioen begint in oktober volgend jaar. Het is een tijd die te overzien is.
Het is wel weer een hele beslissing en die vind bij mij altijd plaats met hevige schommelingen heen en weer en naar alle kanten, en zo is het nu ook, zo is het ook een gecalculeerd risico en de kogel is door de kerk. Tijdens die drie maanden ruimte en schrijven neem ik ook mijn beroep als (straat)muzikant weer op. Daar heb ik dan weer energie voor. En ik werk misschien soms even hier of daar, wat zich voordoet. Na die drie of misschien wel vier maanden ga ik daar weer meer tijd in steken.
Ik heb het een beetje gehad met de thuiszorg, het is een beetje op voor dit moment. Vooral ook het feit dat ik telkens gebonden ben aan weer een week werkdagen, breekt me op. Ik ben meer een freelancer/tijdelijk werker. En dan weer een tijdje rust enzo.
Best wel spannend deze beslissing. Maar ook een opluchting.
Paginagroot in Eo’s Visie
mooi portretje en prachtige foto van mezelf als straatmuzikant
Deze week, van 2 t/m 8 april 2022, staat in Visie een prachtige grote foto van mij als straatmuzikant over twee pagina’s verdeeld met een mooi klein geschreven portretje erbij. Ze hebben een special over de straat. Ik ben er blij mee.
Foto: Willem Jan de Bruin
Tekst portret: Anouk van de Schootbrugge
“Ik begon voor de grap als straatmuzikant. Zingend, met accordeon en een vriendin speelde viool erbij. Het verdiende goed, dus we gingen ermee verder. Na twee jaar gingen we onze eigen weg, uiteindelijk heb ik zo’n 17 jaar als muzikant op straat gewerkt.
In de jaren negentig waren er weinig regels. Ik kon bijvoorbeeld ook voor terrassen spelen. Daar was de sfeer anders dan op straat; mensen luisterden echt, soms werd het hele terras stil of ging men dansen. Die interactie vond ik het leukst.
Ik heb veel rondgetrokken door Frankrijk, Spanje en Latijns-Amerika. Het is leuk om buitenlandse muzikanten te ontmoeten. In de Verenigde Staten herkenden ze mijn Europese muziek. Ik maakte ook gekke dingen mee: in Panama kenden ze het begrip straatmuzikant niet, dus er stonden honderden mensen te kijken. Ze gingen niet meer weg!
Minder leuk: mijn geld is weleens gestolen. En iemand sloeg me in mijn gezicht omdat hij vond dat ik daar niet mocht staan. Door allerlei regels nu – je mag bijvoorbeeld slechts een kwartier op één plek spelen – is de lol er een beetje af. Ik speel ook niet vaak meer vanwege mijn werk in de thuiszorg. Maar als ik met pensioen ben, ga ik de straat weer op. Muziek én kletspraat, gezellig!”
Thijs Hanrath (65) werkt in de thuiszorg en is daarnaast straatmuzikant.